Ierland door de bocht: gaat winstbelasting toch verhogen
Ierland, dat vanwege zijn gunstige belastingen al tientallen jaren te boek staat als een walhalla voor multinationals, gaat dan toch het tarief voor de winstbelasting verhogen. Het land stond onder grote druk van de internationale gemeenschap.
Sinds jaar en dag betalen multinationals in Ierland slechts 12,5 procent winstbelasting. Dat is erg weinig. In Nederland is het tarief bijvoorbeeld 25 procent, in landen als Duitsland en Frankrijk is het zelfs nog een paar procent meer.
Op die manier probeerde Ierland veel buitenlandse multinationals aan te trekken, en niet zonder succes. Zo hebben verschillende Amerikaanse techbedrijven er hun Europese hoofdkantoor.
Druk
Maar de druk op Ierland om de belasting te verhogen is de afgelopen jaren steeds verder opgevoerd. Andere landen vinden het namelijk niet eerlijk dat bedrijven hun hoofkantoren verplaatsen naar Ierland of op creatieve wijze de winsten naar dat land toesluizen, zodat ze minder belasting hoeven te betalen.
Inmiddels wordt er met man en macht gewerkt om vrijwel wereldwijd een minimumtarief in te voeren van 15 procent. Dat gebeurt onder leiding van de OESO, de club van rijke landen.
Zo'n 140 landen zijn inmiddels akkoord met het minimumtarief en een andere regel die ervoor moeten zorgen dat bedrijven daadwerkelijk belasting betalen waar de winst wordt gegenereerd.
Die laatste regel moet ervoor zorgen dat internetreuzen als Facebook en Amazon niet al hun winst op één plek, bijvoorbeeld Ierland, in de boeken zetten. Ook de belastingdiensten in de landen waar hun klanten zitten moeten meeprofiteren.
Verzet gebroken
Tot nu toe lag Ierland nog dwars, maar dat verzet is nu dus gebroken. Gisteravond maakte de minister van Financiën van het land, Pascal Donahoe, bekend dat Ierland toch meedoet.
Dat is ook niet zo vreemd, wat het is de bedoeling dat landen die niet meedoen eigenlijk buitenspel gezet worden. De andere landen spreken namelijk af dat als een bedrijf zijn winsten wel boekt in een land dat toch nog een te laag tarief hanteert, zij het recht hebben om de belasting alsnog te heffen.
Ook Estland en Hongarije, twee andere Europese landen die tegenstribbelden, hebben inmiddels toegezegd toch akkoord te gaan.