Yvonne was verslaafd aan harddrugs, haar kinderen werden uit huis geplaatst: 'Ik ging kapot'

In deze wekelijkse rubriek vertellen mensen over iets dat zij 'nooit meer' willen meemaken, nooit meer willen doen of juist nooit meer willen laten. Deze week: al vanaf haar vijftiende was Yvonne (70) verslaafd aan harddrugs. Haar drie dochters werden hierdoor uit huis geplaatst, wat zeer traumatiserend was en haar nog altijd pijn doet. "Huilend stond ik in hun lege kamertje."
"Niet voor mijn eigen kinderen kunnen en mogen zorgen, maakte mij onzeker. Iedereen zorgt voor z’n vlees en bloed, dat mij dat niet lukte voelde als falen. Maar heel eerlijk: de beslissing dat mijn drie kinderen uit huis werden geplaatst, was terecht.
Ik moest erkennen dat mijn rugzak te zwaar was om voor ze te kunnen zorgen, hoe pijnlijk ook. Ik hield zielsveel van mijn meiden, maar ik had alle kracht nodig om mijn eigen hoofd boven water te houden."
"Als kind ben ik misbruikt door iemand uit mijn omgeving. Dat zorgde voor een groot trauma, en die pijn ben ik vanaf mijn vijftiende gaan verdoven met heroïne en coke. Jarenlang was ik verslaafd en deed ik pogingen om daar van af te komen. In een verslavingszorgcentrum leerde ik mijn ex kennen. Het ging goed met ons; we kickten af en ik werkte als ziekenverzorger.
We trouwden en ik raakte zwanger van onze oudste dochter. Amper drie maanden na haar geboorte was ik – ongepland – opnieuw zwanger, van een tweeling. Achteraf zie ik in dat wij te vlug zijn getrouwd. We probeerden ons leven op de rails te krijgen, maar eigenlijk waren we nog helemaal niet stabiel genoeg voor een gezinsleven."
Enige ontspanning waren drugs
"Mijn man en ik vielen beiden terug in onze verslaving. We gingen uit elkaar en ik trok met onze drie meiden in een verslavingszorgcentrum om opnieuw af te kicken. Dat lukte, en na anderhalf jaar kreeg ik een eigen woning.
Ik vond het heftig, grotendeels in m’n eentje zorgen voor drie kleine kinderen. Ik trok het niet, ik was ’s avonds gesloopt. En de enige ontspanning die ik kende, waren drugs. Weer ging ik gebruiken."
"Met mijn ex ging het iets beter. Soms kwam hij de meiden ophalen, dan zag hij hoe beroerd het met mij ging. Ik woog nog maar 45 kilo, mijn hele dag stond in het teken van drugs scoren en gebruiken. Hij trok aan de bel bij Jeugdzorg, waar al eerder meldingen vanuit school waren binnengekomen omdat mijn dochters vaak te laat kwamen ’s morgens."
Opgehaald door Jeugdzorg
De dag dat mijn meiden uit huis werden geplaatst, zal ik nooit vergeten. Er kwam geen waarschuwing, niets. Die middag ging ik met een zak oliebollen in mijn handen de kinderen uit school halen. Maar daar waren ze niet. Ze waren weg, opgehaald door Jeugdzorg en bij een crisisgezin geplaatst. Mijn pijn was onbeschrijflijk. Ik ging kapot, mijn wereld ontplofte. Ondanks alles waren mijn kinderen mij het allerdierbaarste.
Ik werd weggestuurd bij school. ’s Avonds mocht ik bij Jeugdzorg even afscheid van mijn dochters nemen. Nog steeds draait mijn maag zich om als ik daar aan terugdenk. Mijn oudste dochter was 5, de tweeling 4. Ze begrepen niet zo goed wat er aan de hand was en mij werd niets verteld. Ik had geen idee waar ze naartoe gingen en wanneer ik ze weer mocht zien. Het was alsof ik achterover viel in een ravijn."

"Twee maanden lang was er geen enkel contact. Ik wist niet bij wie mijn kinderen verbleven, of ze nog wel bij elkaar waren en hoe het met ze ging. Huilend stond ik in hun lege kamertje. Na acht weken mocht ik mijn kinderen weer zien, een keer per maand. Gelukkig waren ze nog bij elkaar, ze waren opgenomen in het gezin van pleegouders Bert en Eline."
Een jaar om clean te worden
"Ik kreeg een jaar om clean te worden, maar dat lukte me niet. Steeds lonkten de drugs en kreeg ik een terugval. Ik kende mijn zwakheden. Hoe pijnlijk ook, ik moest toegeven dat mijn dochters beter af waren bij hun pleegouders. Uit liefde voor mijn kinderen besloot ik ze daar te houden. Ik wilde niet de strijd aangaan met Jeugdzorg en ze weer thuiskrijgen, om ze vervolgens opnieuw uit huis geplaatst te hebben – wéér een trauma erbij voor iedereen. Dat risico wilde ik niet nemen.
En dus deed ik een stap terug. De bezoekjes werden uitgebreid – dan mocht ik met de meiden een middagje op stap naar het zwembad of de speeltuin – die afspraken waren heilig voor mij. Ik was er bij afzwemmen en diploma-uitreikingen. Maar als moeder stond ik aan de zijlijn. Ik heb veel gemist van de meiden in hun dagelijks leven."
"Hun pleegouders ben ik nog altijd dankbaar. Zij namen de verantwoordelijkheid voor mijn kinderen op zich toen ik dat zelf niet kon. Mijn contact met Bert en Eline is goed. Ik ben ze zó dankbaar dat ze mijn dochters bij elkaar hebben gehouden.
Nog steeds word ik emotioneel als ik daaraan denk. Nooit hebben zij slecht over mij gesproken. Eline zei altijd tegen mij: 'Wij begrijpen jou en wij zien jou als mens.' Er was geen oordeel, en dat hebben ze overgedragen op mijn dochters.
Ook met mijn kinderen heb ik nu een goede band. Natuurlijk zijn zij ook weleens boos op mij geweest – en terecht. Maar de jaren hebben voor meer mildheid gezorgd. Mijn oudste dochter is nu zelf moeder, daardoor is ze anders naar mij gaan kijken. Ze kan zich beter inleven in hoe zwaar het ouderschap soms kan zijn, zeker als je er alleen voor staat."
Verbeterpunten voor Jeugdzorg
"Ik was niet in staat om voor mijn kinderen te zorgen en hun uithuisplaatsing was destijds voor iedereen beter. Toch zijn er harde verbeterpunten voor Jeugdzorg. Het is onmenselijk om kinderen ineens weg te rukken bij hun ouders en die niet te laten weten waar hun kinderen naartoe worden gebracht. Om gezinnen zo uit elkaar te scheuren, is mensonterend en dat mag nooit meer.
Daarom heb ik meegewerkt aan de documentaire 'Mama, mag ik naar huis toe?' Dit bedoel ik niet als aanklacht, maar ik hoop dat hulpverleners na het zien van deze film bewuster stilstaan bij wat dit met ouders doet. Wij zijn mensen met een hart en een ziel. De vraag of de uithuisplaatsing terecht is, moet dan niet centraal staan maar de liefde voor de kinderen. Dat wilde ik graag belichten. Ik voelde me destijds zo in de kou staan en behandeld als een crimineel."
Oma-rol niet verpesten
"Inmiddels ben ik al meer dan tien jaar clean en stabiel. Ik woon in een fijn appartement en heb mijn creativiteit ontdekt. Ik schilder veel, vaak met het thema moeder/kind, waar ik veel in kwijt kan. Het verdriet van vroeger grijpt me nog steeds aan, maar ik probeer niet te ver vooruit en niet te veel naar het verleden te kijken.
Mijn kleinkinderen zijn vier en twee jaar oud. Als zij hun handjes naar mij uitsteken en enthousiast 'oma' roepen, dan smelt ik. De oma-rol geeft mij zo veel geluk én verantwoordelijkheidsgevoel. Het voelt als een herkansing, dit mag ik niet verpesten.
Nooit meer wil ik een terugval hebben en kwijtraken wat ik nu heb opgebouwd. Dat geef ik nooit meer op. Ik ben meer van mezelf gaan houden en dat geef ik mee aan mijn dochters en kleinkinderen."
In ’Mama, mag ik naar huis toe?’ delen zes moeders over wat het betekent als je kinderen uit huis zijn geplaatst. De film draait vanaf 4 november in de bioscoop.
Nooit meer?
Wil jij ook je verhaal kwijt en vertellen wat je 'nooit meer' wil meemaken, doen of juist laten? We zijn benieuwd naar jouw verhaal. Mail ons op weekendmagazine@rtl.nl
Klik hier voor meer Lifestyle



