Experts kritisch over onderzoek naar vermeende verrader van Anne Frank
Is Anne Frank verraden door de Amsterdamse notaris Arnold van den Bergh? Onderzoekers beweren op basis van een nieuwe theorie en jarenlang onderzoek dat dit aannemelijk is. Maar experts zijn kritisch. "Je moet heel erg oppassen met iemand de geschiedenis insturen als verrader van Anne Frank als je daar geen 100 of 200 procent zekerheid over hebt." Vier vragen en antwoorden.
1. Wat is de theorie van de onderzoekers?
De onderzoekers hebben de theorie dat de Joodse notaris Arnold van den Bergh achter het verraad van Anne Frank zou zitten. Hij zou zijn eigen gezin willen beschermen door onderduikadressen te delen met de Duitse bezetter. Sluitend bewijs voor deze theorie is er niet.
Volgens de onderzoekers had Van den Bergh contacten bij de Duitsers en werkte hij met hen samen. Op die manier probeerde hij de deportatie van hemzelf en zijn gezin te voorkomen. Hij wist uitstel te krijgen en zorgde in de tussentijd voor onderduikadressen voor zijn gezin. Toch kwam hij in het nauw. Zijn tijdelijke uitstel verviel, waarna hij mogelijk onder zijn deportatie probeerde uit te komen door onderduikadressen te delen.
2. Op basis van welk bewijs vermoeden de onderzoekers dit verraad?
Een van de bewijzen is een anoniem briefje dat vader Otto Frank kort na de oorlog zou hebben gehad. Daarin stond dat deze notaris de schuilplaats van Frank had gedeeld met de Duitsers en dat er meer adressen door hem werden gedeeld. Een kopie van dit briefje vonden onderzoekers in het familiearchief van een politieagent.
3. Wat is de kritiek van experts?
Erik Somers, onderzoeker bij het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust en Genocidestudies is wel sceptisch over de conclusie dat notaris van der Bergh de familie Frank heeft verraden. "De onderzoekers werken op basis van een zeer dunne bewijslast - het briefje dat Otto Frank over heeft getikt - naar een conclusie op basis van aannames en interpretaties."
Ook gaan de onderzoekers ervan uit dat er veel informatie beschikbaar en bekend was bij De Joodse Raad, maar volgens Somers is er nooit bewijs gevonden dat dergelijke lijsten bestaan met daarop adressen van onderduikers of aanwijzingen dat deze lijsten werden aangelegd of zouden circuleren. "Als je iemand wil veroordelen, en dat doen ze door de notaris aan te wijzen, moet je met bewijzen komen en die zie ik niet. Het is een theorie die waar zou kunnen zijn, maar niet meer dan dat. Veel aannames zijn voor mij veel te stellig."
De Anne Frank Stichting is ook kritisch. "Je moet heel erg oppassen met iemand de geschiedenis insturen als verrader van Anne Frank als je daar geen 100 of 200 procent zekerheid over hebt", zegt directeur Ronald Leopold van de Anne Frank Stichting.
Ook Leopold heeft vragen over de vermeende lijst met onderduikadressen die Van den Bergh via de Joodse Raad, waar hij lid van was, mogelijk in bezit zou hebben gehad en zou hebben gedeeld met de Duitsers. "We weten het bestaan ervan niet zeker en dus ook niet of hij die in bezit had."
4. Hoe gaat het nu verder?
De Anne Frank Stichting heeft wel aangegeven dat ze onder de indruk zijn van het vele werk van het coldcaseteam. "Het onderzoek van het coldcaseteam heeft belangrijke nieuwe informatie en een boeiende hypothese opgeleverd, die uitnodigen tot nader onderzoek", zegt Leopold.
Volgens onderzoeker Erik Somers heeft het team een bijzonder interdisciplinair onderzoek opgezet waardoor ook een aantal mensen vrij worden gepleit. "Het coldcaseteam heeft ook andere theorieën en personen die wellicht de verrader van de familie Frank zouden kunnen zijn tegen het licht gehouden en er is aangetoond dat daar theorieën bij zitten die veel minder aannemelijk zijn. Hopelijk worden de onderzoeksgegevens ook beschikbaar gesteld voor andere onderzoekers"