Stel moet ruim 42.000 euro bijstand terugbetalen om handel op Marktplaats

Een handeltje in fietsen, scooters, schilderijen en andere huisraad is een stel uit Breda duur komen te staan. Het echtpaar verkocht jarenlang spullen op Marktplaats terwijl het een bijstandsuitkering ontving. Ze moeten ruim 42.000 euro terugbetalen.
De gemeente Breda kreeg in 2021 een anonieme tip dat een stel dat sinds 2017 een bijstandsuitkering ontving, daarnaast handelde in (gestolen) tweedehands spullen. De gemeente deed onderzoek en ontdekte tussen september 2017 en oktober 2021 in totaal 370 advertenties op Marktplaats.
Het ging naast fietsen en scooters ook om stereotorens en een bankstel, met vraagprijzen van 2 tot 1800 euro.
Verkochten 'niet veel'
Het stel werd in december 2021 gehoord en verklaarde toen dat zij 'misschien een paar jaar geleden iets hebben verkocht via Marktplaats, maar dat was niet veel'. Ze zeiden dat ze ermee waren gestopt omdat ze er niet veel mee verdienden. Ze zeiden dat ze geen administratie hadden bijgehouden van hun verkoopactiviteiten.
De gemeente Breda besloot daarop de bijstandsuitkering die het stel tussen april 2018 en oktober 2021 had ontvangen terug te vorderen. Het ging om een bedrag van in totaal 42.615,49 euro.
De gemeente zei dat het stel de inlichtingenverplichting heeft geschonden: de twee hadden hun handeltje op Marktplaats moeten melden. Wie bijstand krijgt, heeft de plicht om de gemeente van extra inkomsten op de hoogte te stellen.
Privégoederen
De zaak kwam vorige maand voor de Centrale Raad van Beroep (CRvB), de hoogste bestuursrechter in socialezekerheidszaken. Het stel vond het namelijk onterecht dat het de bijstandsuitkering terug moest betalen. Ze beweerden dat veel spullen die op Marktplaats hadden gestaan helemaal niet verkocht waren en nog bij de twee in huis stonden.
Ook zeiden ze dat ze op Marktplaats alleen maar incidenteel privégoederen verkochten, die niet aan de gemeente hoefden te worden gemeld.
De uitspraak werd gisteren bekendgemaakt. De CRvB blijft bij het besluit van de gemeente dat de ruim 42.000 euro terugbetaald moet worden. Dat er nog spullen in huis staan, is volgens de raad nog geen bewijs dat er niet veel verkocht werd.
Ook het argument dat het om de incidentele verkoop van privégoederen ging, veegt de CRvB van tafel: 370 Marktplaatsadvertenties wijzen op structurele handel. Die had bij de gemeente gemeld moeten worden, of er nu veel verkocht werd of niet.


