'Honderden mensen op Bali gemarteld en vermoord in Nederlandse kampen'
Tientallen gevangenkampen waarin werd gemarteld en gemoord: die had Nederland op het eiland Bali tijdens de onafhankelijkheidsstrijd met Indonesië. Dat staat in het vandaag uitgekomen boek 'De strijd om Bali' van historicus Anne-Lot Hoek. "Ik hoorde verhalen over waterboarden, uithongeren en het bewerken van gevangenen met prikkeldraad en elektriciteit."
Hoek ging voor haar onderzoek meerdere keren naar Bali, waar ze ruim 120 interviews afnam. Vaak hoorde ze er hetzelfde verhaal. "Op Bali merkte ik dat veel mensen de Nederlandse legerkampen vooral als gevangenkampen zagen. Als ik dan doorvroeg, spraken veel mensen over marteling en executie in die kampen. Zo hoorde ik verhalen over waterboarden, uithongeren en het bewerken van gevangenen met prikkeldraad en elektriciteit. En ook verkrachting van minderjarige vrouwen."
Onschuldige slachtoffers
De gevangenkampen waren een onderdeel van de dekolonisatiepolitiek van Nederland. In deze kampen waarin het Nederlandse leger verbleef, werd systematisch gemarteld en gedood. Een aanzienlijk deel van deze gevangenen blijkt mogelijk onschuldig te zijn geweest.
Om hoeveel slachtoffers het precies gaat is niet te zeggen, ook omdat in de Nederlandse militaire archieven vrijwel niets over aantallen te vinden is. Toch lukte het Hoek na jarenlang onderzoek om deze feiten boven tafel te krijgen. Het boek werpt een nieuw licht op de omvang van de misdaden die er door Nederland in de dekolonisatieperiode zijn begaan.
Onderzoek in de militaire archieven ondersteunt de vele ooggetuigenverslagen. "Gevangenen hadden in die tijd vrijwel geen rechten omdat ze formeel gezien niet als krijgsgevangen beschouwd werden. Een Nederlandse topambtenaar constateerde in 1946 al dat de situatie niet deugde omdat er 'geheel onschuldigen en meelopers' in deze gevangenissen zaten."
Rij van lijken
Hoek begon haar onderzoek in 2013, toen ze van de hoogbejaarde Fransman Charles Destrée een stapel foto's kreeg. De foto's komen uit de tijd dat Destrée op Bali als oorlogsvrijwilliger diende. Op de foto's staan telkens Balinezen die omgebracht zijn door Nederlandse soldaten. Een enkele foto toont een close-up van een kapotgeschoten gezicht, een andere laat een rij van lijken zien.
Oorlog kostte zeker 130.000 mensen het leven
Kort nadat Japan zich overgaf en de Tweede Wereldoorlog definitief ten einde was, riep de Indonesische leider Soekarno de onafhankelijke Republiek Indonesië uit. Maar die werd niet erkend door Nederland, dat uiteindelijk meer dan 115.000 militairen inzette.
Veel Nederlanders kwamen om doordat Indonesische milities en bendes het gemunt hadden op Nederlandse ingezetenen en iedereen die met Nederland verbonden was. Van Nederlandse zijde zijn vooral de acties onder kapitein Raymond Westerling bekend. In drie maanden tijd werden op Zuid-Celebes duizenden mensen vermoord.
Historici schatten dat tijdens de onafhankelijkheidsoorlog zo'n 25.000 tot 30.000 Nederlandse en Nederlands-Indische burgers zijn omgekomen en zo'n 4500 militairen. Aan Indonesische zijde zouden in totaal zo'n 100.000 doden zijn gevallen. Uiteindelijk kwam er in 1949, onder grote internationale druk, een einde aan de strijd.
Hoewel er destijds weinig over bekend was, waren er wel Nederlanders die in die periode al schreven over de misstanden. Eén van hen was oud-verzetsstrijder Siebe Lijftogt. Als bestuursambtenaar woonde hij jarenlang op Bali. Anne-Lot Hoek kreeg via de dochter van Lijftogt toegang tot het privéarchief.
Duizenden gemartelde mensen
In de brieven die Lijftogt stuurde, spreekt hij over duizenden gemartelde mensen en over soms wel honderd gedode verzetslieden op één dag. Hoewel het onduidelijk is waarop Lijftogt zich baseerde, zijn er ook andere Nederlanders die in deze periode melding maakten van 'groepen Balinezen die in Nederlandse handen geraakten en eenvoudigweg verdwenen', blijkt uit het onderzoek van Hoek.
Ida Lijftogt (72) ging door het onderzoek voor het eerst de brieven van haar vader lezen. "Ik kende mijn vader altijd als een zachtmoedig mens, maar veel van deze brieven zijn heel fel van toon. We leerden daardoor een heel andere kant van hem kennen. Hij was vooral fel over de manier waarop de Nederlanders de Indonesiërs behandelden."
Na de oorlog had de vader van Ida het moeilijk met alles wat hij op Bali gezien had. "Ik heb een brief van hem gelezen uit 1952, en toen dacht ik: deze man heeft hier last van PTSS."
Siebe Lijftogt was na zijn tijd op Bali teleurgesteld dat er nooit wat aan de situatie gedaan is. Toch ziet Ida haar vader, ook met de kennis van nu, niet als een klokkenluider. "Hij was gewoon een rechtlijnig man. Of zoals mijn vader zelf daarover zei: wat ik heb meegemaakt in de Tweede Wereldoorlog, daar heb ik me tegen verzet. En toen dat op Bali gebeurde, heb ik me daar ook tegen verzet."
Zeker honderden slachtoffers
Exacte aantallen zijn er niet over hoeveel mensen er nu precies gemarteld en gedood zijn in de kampen. Al loopt het volgens Anne-Lot Hoek zeker in de honderden. "Ik denk dat Bali echt niet onderdoet voor wat er onder Westerling op Zuid-Sulawesi is gebeurd. Het grote verschil alleen is dat het op Bali over een langere periode plaatsvond. En dat maakt het nog schrijnender."