Hengelose Hasna A. ontkent dat ze jezidi-vrouwen als slaaf hield
Hasna A., die als eerste in Nederland terechtstaat voor een misdrijf tegen jezidi's, heeft in de rechtbank ontkend dat ze twee jezidi-vrouwen als slaaf heeft gebruikt.
De Hengelose reisde in 2015 met haar 4-jarige zoontje af naar Syrië om zich aan te sluiten bij de terroristische organisatie IS. "Ik wilde in het kalifaat een nieuw leven opbouwen", zei ze daar zelf over in de rechtbank. De vrouw trouwde er met een IS-strijder en kreeg nog drie kinderen. Uiteindelijk scheidde ze van hem.
Zoontje in hulpeloze toestand
Het Openbaar Ministerie verdenkt de vrouw ervan dat ze van mei tot december 2015 en van april tot augustus 2016 in Raqqa twee vrouwen van de jezidi-minderheid als slaaf gebruikte. Ook zou ze haar zoontje, dat autisme heeft, in een hulpeloze toestand hebben gebracht door hem mee te nemen naar het kalifaat, waar hij niet naar school kon.
Eén van de vrouwen die door A. als slaaf zouden zijn gebruikt, was in de rechtbank aanwezig. Ze zat achter een scherm, zodat ze alleen zichtbaar was voor de rechters. De vrouw verklaarde dat ze voor A. moest koken en wassen. Volgens het Openbaar Ministerie moest ze dat vele uren per dag doen, en moest ze daarnaast zorgen voor het zoontje van A.
A. ontkent dat ze opdrachten uitdeelde aan de vrouw en haar aan het werk zette. Na haar huwelijk zou haar echtgenoot A. in een huis van een vriend hebben geplaatst, waar de vrouw al huishoudelijk werk verrichtte. A. wist naar eigen zeggen wel dat de vrouw daar tegen haar wil werd vastgehouden. "Maar ik leefde mijn eigen leven, teruggetrokken op mijn eigen kamer. Ik maakte mijn eigen bed op en maakte mijn eigen kamer schoon."