Weer geen bussen: dit is waarom chauffeur Ferry en zijn collega's blijven staken
44 jaar zit Ferry van Ark (66) al achter het stuur van de bus in de regio Zwolle. Het was in 1979 liefde op het eerste gezicht tussen hem en het chauffeurschap. Een prachtige baan, vindt hij nog steeds. Maar wel eentje waarin de werkdruk flink is opgelopen. Dus staakt Ferry morgen voor de zoveelste keer, net als veel chauffeurs in het hele land.
"Nodig naar het toilet moeten, maar er simpelweg geen tijd voor hebben." Ferry, die rijdt voor vervoerder EBS, noemt het beestje maar meteen bij de naam. "Mensen denken soms dat we alleen maar meer geld willen, maar de werkdruk moet omlaag."
Prachtige routes
Hij heeft de motor van zijn bus net stilgezet voor vandaag, als hij RTL Nieuws te woord staat. Een retourtje Apeldoorn-Zwolle zit er weer op, door plaatsen als Epe en Wapenveld. "Een prachtige dorpenroute is dat. Het mooiste stukje vind ik dat tussen Heerde en Hattem, met links en rechts akkers en bossen. Geweldig."
Ferry was 22 jaar, een jonge hond zoals hij zelf zegt, toen hij buschauffeur werd. "Eigenlijk moest je minimaal 23 jaar zijn. Maar omdat ik al was getrouwd, zag mijn werkgever mij als een verantwoordelijke jongeman. Dus mocht ik beginnen."
Hij hield er nooit meer mee op, met het chauffeuren. "Het beviel gewoon heel erg goed."
Dat veranderde eigenlijk nooit. Wat wel veranderde, is de werkdruk. Die is op dit moment erg hoog, vindt Ferry. Dat komt volgens hem onder meer door het systeem van aanbestedingen. De vervoerder die de gunstigste deal aanbiedt, mag het vervoer in een regio verzorgen.
Steeds minder minuten
De goedkoopste zijn, de meest efficiënte, het is superbelangrijk in dat systeem. "We hebben daardoor steeds minder tijd om dezelfde ritten te doen, soms gaan er minuten vanaf. Er staan rijschema's op papier, die in de praktijk niet te halen zijn."
Tijd om vlug-vlug naar de wc te gaan is er meestal niet. "Dat kan vaak pas in je pauze van 21 minuten. Daarin moet je ook eten." Hem maken ze overigens de je-weet-wel niet meer lauw. "Ik zet m'n bus op een station aan de kant en ga naar het toilet. Dan vertrek ik maar later. Maar jongere chauffeurs durven dat niet."
De opstaptijd, ook zoiets waaraan volgens de chauffeur in de loop der jaren flink getornd is. "Dat is de tijd die je nodig hebt om naar je bus te lopen, die van de stekker te halen (hij rijdt elektrisch) en de kachel en de computer aan te zetten. Vroeger hadden we daar 6, 7 minuten voor. Daar zijn er ook een paar vanaf."
Steeds minder minuten voor het hetzelfde werk, schetst Ferry. "En dan is er nog te weinig personeel en een hoog ziekteverzuim. De rek is eruit."
Natuurlijk, de stakingen gaan ook over geld. Want ook buschauffeurs voelen de inflatie: "Wij hebben geen slecht salaris, helemaal niet. Maar energie, voeding, alles is zoveel duurder geworden. Dan moeten die lonen wel omhoog. Als ik dan hoor dat vuilnismannen nu 13 procent erbij krijgen, dan denk ik: het kan dus wel."
Liefdevol terugkijken
Zelf zal Ferry er trouwens niet al te veel van merken, als de eisen worden ingewilligd. Hij wordt bijna 67. In april staat hij voor het laatst in de roosters van vervoerder EBS. En daarna? Dan gaat hij met liefde terugkijken op zijn carrière.
Het contact met mensen, daarvan genoot hij het allermeest. "Nu rij ik op een lijnbus, maar ik heb ook veel leerlingen vervoerd. Op school moesten die jongens en meisjes in het gareel en thuis ook, maar in de bus maakte ik er altijd een feestje van met ze."
Hij gunt de huidige en toekomstige generaties chauffeurs eenzelfde liefde voor het werk. Daarom staakt hij nog even verder, ook in de absolute nadagen van zijn werkende leven. Want: "Door al het gedoe, gesteggel rond roosters en rijtijden, kan die liefde zomaar minder worden."
Wie wil precies wat
Begin februari werd er al dagenlang gestaakt in het streekvervoer. Gisteren was er opnieuw een stakingsdag en morgen weer. Inzet is – naast werkdrukverlagende maatregelen - een CAO waarin het loon meestijgt met de inflatie.
FNV eist een loonsverhoging van 16,9 procent voor een cao voor een jaar, het CNV eist 14 procent verspreid over achttien maanden.
De werkgevers willen vooralsnog niet mee in die looneisen. De middelen zouden er simpelweg niet zijn. "Staken betekent niet dat het geld er ineens toch is", zei voorzitter Fred Kagie van de werkgeversvereniging eerder.
Die Vereniging Werkgevers Openbaar Vervoer (VWOV) boden eerder een verhoging van 8 procent. Samen met de verbeterde arbeidsvoorwaarden zou het personeel er daarmee 11 procent op vooruitgaan.
Over de impact van de aanhoudende stakingen zijn de werkgevers en vakbonden het ook oneens. Volgens het VWOV reed op sommige dagen de helft van alle bussen. Volgens vakbond FNV werd de sector eerder, ook gisteren weer, voor 80 procent stilgelegd.