OverEten - deel 4

'Mezelf wegen staat gelijk aan pure zelfkastijding': daarom heeft Hanneke geen weegschaal in huis

Door Hanneke Mijnster··Aangepast:
© Lotte Spek'Mezelf wegen staat gelijk aan pure zelfkastijding': daarom heeft Hanneke geen weegschaal in huis
RTL

Journalist Hanneke Mijnster (1980) had voor het laatst een BMI volgens het boekje toen ze vijftien was. Sindsdien is het leven een flipperkast van proberen zo dicht mogelijk bij de groene cijfers te komen en accepteren dat het is zoals het is. In de serie OverEten, die onregelmatig verschijnt, vertelt ze over haar eetbuistoornis en hoe die dankzij een plottwist eindelijk onder controle lijkt te komen. Deel 4: meetleed.

Meten is weten, leerde ik van mijn vader, maar als het om mijn lijf gaat, dan staat meten gelijk aan pure zelfkastijding. In de tijd dat ik nog een weegschaal thuis had, stond ik er vaak wel drie keer per dag op. 's Ochtends na het plassen, 's middags na het poepen of het sporten en vaak ook nog voordat ik naar bed ging. 

Matig is niet mijn mojo. En hoewel het resultaat zich zelden liet voorspellen - want hormonen, zomerweer, slaaptekort en andere dagelijkse zaken - liet ik me er vaak door van de wijs brengen. Wachtend op een wonder stelde ik mezelf vaker teleur dan tevreden. 

'Ik mis wat ze me gaven': nu Hanneke ze niet meer heeft, droomt ze van haar eetbuien
Lees ook

'Ik mis wat ze me gaven': nu Hanneke ze niet meer heeft, droomt ze van haar eetbuien

Met hardlopen is het trouwens net zo. Loop ik een heerlijk rondje door de polder, helemaal content, maar zodra ik zie dat ik ergens in de bocht flink vertraagde, dan voel ik teleurstelling en is de lol meteen van het loopje af. Onzin, weet ik heus, maar de smet zit er al op dan. 

Je zult mij dus nooit een marathon zien lopen, met meten en doelen stellen, want dat wordt niks. Ik wil alleen maar lopen voor de leuk en dat is zonder hartslagmeter en fancy horloge met score-apps. Ik wil het niet meten of weten, ik wil het gewoon doen.

Calorieën tellen

Dat geldt ook voor andere trackingapps. Zoals bijna iedereen die ooit eens gewicht wilde verliezen, heb ik ook calorieën geteld in een app. Handig voor het inzicht, want zo leerde ik dat eierkoeken echt net zo heilig zijn als Sonja Bakker ons voorschotelde, maar ook eetlijstjes bijhouden zorgde voor meetleed. Zat ik weer honger te lijden vanaf zeven uur omdat ik al aan m’n 1600 calorieën voor die dag zat. Het klopt nooit precies, of het komt echt niet uit. 

Al dat meten verstoort het luisteren naar je lijf. Zo’n vier procent van de vrouwen tussen 40 en 60 jaar lijdt aan een eetstoornis en ik ben er één van.

"Ik voel aan mijn kleding hoe het gaat, en maak soms een foto in de spiegel om te vergelijken met eerder."© Lotte Spek
"Ik voel aan mijn kleding hoe het gaat, en maak soms een foto in de spiegel om te vergelijken met eerder."

Soms ontkom ik er niet aan. Zoals bij de huisarts, toen ik om een verwijzing vroeg naar de eetkliniek. Ik riep nog dat ik mijn gewicht liever niet wilde weten, maar barstte alsnog in tranen uit toen ik een groot rood vlak op haar beeldscherm zag verschijnen. Ze ging mijn BMI uitrekenen en dat was niet best. "Wat raakt je nu zo?", vroeg ze nog vriendelijk, maar ik kon de woorden niet vinden om de beeldgeworden faalverklaring uit te leggen. 

Het weegmoment

Bij de eetkliniek zelf was wegen verplicht. Iedere week moest ik kijken naar de schade en vertellen hoe ik me erbij voelde. Uitspreken dat ik zo graag wilde afvallen mocht niet, want het was de bedoeling dat ik mijn gewicht als iets neutraals zou gaan beschouwen. Alleen: daar was ik helemaal nog niet. Zolang ik niet in het groene vakje van de BMI-meter pas, is het niet goed. Nog niet. 

Dunne kleding aan, schoenen uit, altijd even plassen voordat de afspraak begon en pas weer drinken als het weegmoment geweest was. Ook als de afspraak pas om half twaalf stond. Stappen van twee kilo per week, verwacht ik van mezelf, en dan ook nog ronde getallen. Onrealistisch, dat weet mijn rationele zelf ook wel, maar die eetstoornisstem is als Goudlokje: hij roept overal hard doorheen en denkt het altijd beter te weten. Tijdens die negen maanden in de eetkliniek kwam ik zes kilo aan.

Tegenwoordig bouw ik als gewaardschuwd mens zelfbescherming in. Als er zich een weegmoment voordoet, de tijd in de eetkliniek is inmiddels voorbij, stap ik achterstevoren op de weegschaal en vraag bewust niet wat het resultaat is. De huisarts en diabetesverpleegkundige - a.k.a. mijn levenslange relatie - vinden het wat ongemakkelijk, maar werken sportief mee. 

"Wil je weten wat je gewicht is?" vroeg die laatste tijdens het controleconsult. Natuurlijk wilde ik dat wel, maar ik zei nee. "Merk je al dat je afgevallen bent?" Dat gelukkig wel, ik was op dat moment al twee maten kleiner. Mijn suikerwaarden dalen, en mijn gewicht ook, en dat is genoeg. Dacht ik. 

Hoeveel maten is tien kilo?

Eenmaal thuis bleef Goudlokje weer door mijn hoofd tetteren. Afgevallen. Hoeveel dan? Twee maten is tien kilo toch? Zoiets? Of al meer? En hoever ben ik dan? Ik weet dat ik op 73 kilo uit moet komen om in het groene vakje uit te komen, maar die plek voelt al jaren onbereikbaar. Wat nou als het nu wel lukt? 

In de veiligheid van mijn eigen huis wil ik toch mijn scores checken. Ik log in op mijn digitaal patiëntendossier en klik op de button gewicht. Eerst check ik de dagmeting, dan de beginstand. Potver, min zeventien kilo al! Blij verrast ben ik, en zelfs trots en tevreden. Blijk ik weer eens negatiever geluimd dan de werkelijkheid als het om mijn lijf gaat.

"Toch ben ik ook bang. Dat het ineens niet meer zal lukken. Dat ik weer dikker word."

Inmiddels is mijn eerste batch nieuwe kleding ook al aan de ruime kant en heb ik zelfs al mijn ondergoed en sportkleding vervangen door een maat minder. Ik voel me goed in mijn vel en ben enorm opgelucht dat mijn bloedsuikerwaarden en mijn gewicht zo lekker reageren op mijn regime van sporten, goed eten (eiwitten! groente! vezels!) en medicatietrouwheid. Toch ben ik ook bang. Dat het ineens niet meer zal lukken. Dat het ineens niet meer werkt. Dat de medicatie wordt stopgezet. Dat ik weer dikker word. 

Het afvallen gaat nu langzamer, het flirten met eetbuivoedsel wordt groter. Een echte eetbui heb ik nog niet gehad, maar die vier mini-chocoladereepjes die ik vorige week in één middag at waren natuurlijk niet echt nodig, en ook niet volgens plan. Ik ben me ervan bewust dat ik meer moet opletten nu de ergste schrik eraf is, en de geruststelling maakt dat ik de teugels wat laat vieren.

Verrassingswegen

Een weegschaal heb ik nog steeds niet. Bewust. Ik voel aan mijn kleding hoe het gaat, en maak soms een foto in de spiegel, zodat ik mijn lijf van nu naast dat van weken geleden kan plakken in mijn telefoon. Verschil zeker, maar nog lang niet genoeg. Sssstt, Goudlokje. Verschil zeker, goed bezig. 

Gisteren gebeurde er iets geks. Zomaar ineens besloot ik op de weegschaal te stappen bij mijn vriendin thuis. En te kijken. Min 23 kilo. Ha! Fijn, maar weer zat ik er zelf naast. Het mooie van deze methode met verrassingswegen is dat ik mezelf de rust gun om op mijn eigen tempo mijn lijf en mijn leven gezonder te maken, en om Goudlokje in mijn hoofd de mond te snoeren. Geen doelstellingen en geen falen, hooguit inschatten. Soms is het heerlijk om ongelijk te hebben. 

Hanneke Mijnster (1980) schrijft over zaken die het leven mooi en moeilijk maken, en doet dat al tien jaar voor RTL Nieuws. Elke week schrijft ze de Liefdesles en vanaf nu ook de serie OverEten. Van haar hand verschenen ook de boeken 'Hé, is dit ook ADHD?' en 'Longeneeslijk' dat ze samen met Eva Hermans-Kroot schreef. In het najaar verschijnt haar nieuwste boek 'Lekker laten gaan'.

Klik hier voor meer Lifestyle

Lees meer over
GezondheidDieetVoedingDiabetes

Laatste video's van RTL Nieuws

02:20
Van der Plas wil geen Gaza-debat, ondanks druk oppositie
Algemene Beschouwingen

Van der Plas wil geen Gaza-debat, ondanks druk oppositie

  1. 01:01
    Hilariteit in Kamer na mislukt compliment over outfit Van der Plas
    Algemene Beschouwingen

    Hilariteit in Kamer na mislukt compliment over outfit Van der Plas