Nederland geeft Indonesië honderden museumstukken uit koloniale tijd terug
Indonesië krijgt vandaag honderden museumstukken terug die Nederland in de koloniale tijd volgens Cultuurminister Eppo Bruins onterecht heeft meegenomen. Het gaat om vier hindoe-boeddhistische beelden en 284 objecten als wapens, munten, sieraden en textiel.
De minister van Cultuur, Eppo Bruins (NSC), liet vannacht weten dat de cultureel erfgoedstukken teruggaan naar Indonesië. Het gaat om museumstukken uit de Rijkscollectie die op meerdere plekken in het land in depots en vestigingen van het Wereldmuseum liggen.
'Roof en onvrijwillig bezitsverlies'
De vier beelden werden in de eerste helft van de 19e eeuw meegenomen uit Java. De 284 andere objecten werden in 1906 na een oorlog tegen vorstendommen op Zuid-Bali naar Nederland teruggebracht.
"In de koloniale periode is er vaak sprake geweest van roof en andere vormen van onvrijwillig bezitsverlies van cultuurobjecten. Teruggave van deze objecten is materieel rechtsherstel", schreef Bruins in een verklaring. Hij zegt dat de objecten 'nooit in Nederland hadden moeten zijn'.
Dat de voorwerpen teruggaan naar Indonesië volgt op een advies van de Commissie Koloniale Collecties, die in 2022 werd opgericht en er vorig jaar ook al voor zorgde dat roofkunst werd teruggegeven. Toen gingen in totaal 472 kunstobjecten terug naar Indonesië en Sri Lanka, maar Indonesië liet toen ook al weten ook nog tienduizenden andere voorwerpen terug te willen.
Ook andere landen, waaronder Nigeria, eisen geroofde kunstschatten uit Nederlandse musea terug. De commissie onderzoekt deze verzoeken.
Steeds meer Europese landen geven de laatste jaren roofkunst terug aan de landen waar de objecten vandaan komen. Zo gaven Duitsland, Engeland en Frankrijk beelden uit Nigeria terug.