Economie China in het slop: 'Mensen krijgen maandenlang geen loon'
Het gaat helemaal niet goed met de Chinese economie. Het gaat zelfs dermate slecht, dat mensen die voor de overheid werken soms hun loon niet krijgen uitbetaald. Die geven het geld dat ze nog wel hebben, uiteraard niet uit. En zo verslechtert de economische situatie alleen nog maar verder. "Meer dan de helft van de Chinezen merkt het in hun portemonnee, dat zijn dus meer dan 700 miljoen mensen."
China, het land werd jarenlang het economische wonder van de wereld genoemd. Elk jaar weer liet het land extreme groeicijfers zien. Sterker nog, er werd gedacht dat China wel eens de Verenigde Staten zou kunnen voorbijstreven als grootste economie ter wereld. Dat is nog altijd niet uitgesloten, maar snel zal het waarschijnlijk niet meer gebeuren.
China zit namelijk in grote economische problemen. En die problemen worden door heel veel Chinezen gevoeld. "Meer dan de helft van de bevolking", is de schatting van correspondent Roland Smid. "En de helft van de Chinezen, dan kom je uit op meer dan 700 miljoen mensen." Zo zijn er jongeren die noodgedwongen weer bij hun ouders gaan wonen, mensen die al maandenlang geen salaris krijgen en overheidsinstellingen die kaal zijn geplukt tijdens de coronacrisis.
Projectontwikkelaars lenen massaal geld
Eerst meer over de problemen waar China precies mee kampt. "Het grootste probleem is de vastgoedsector", zegt correspondent Smid. "Die is enorm belangrijk voor de Chinese economie. Het is de sector die China veel economische successen heeft gebracht vanaf begin jaren 90. Vanaf dat moment hebben Chinese projectontwikkelaars veel geld geleend om hun projecten te kunnen bekostigen."
"Dat heeft moderne appartementencomplexen en gelikte winkelcentra opgeleverd. Dat ging lang goed en de huizenprijzen bleven maar stijgen. Maar hoe verder de prijzen stegen, hoe groter de vrees dat de bubbel een keer zou barsten. Dat zou desastreus zijn. De projectontwikkelaars hebben namelijk met geleend geld gewerkt. Als de huizenmarkt dan klapt, zijn ze meteen bankroet."
En dus wil de Chinese overheid de bubbel verkleinen, in de hoop dat dat voorkomt dat de bubbel in één keer knapt. Oftewel: liever een geleidelijke daling van de huizenprijzen dan een totale ineenstorting. "Maar dat heeft grote gevolgen voor bouwvakkers, mensen die airco's of waterleidingen aanleggen of alles wat met de bouw te maken heeft. Veel van hen moeten salaris inleveren, ontwikkelaars hebben geen geld meer en ambtenaren worden soms maanden niet betaald."
Rijke Chinezen zijn 'over the top'
Er spelen ook ideologische redenen mee om de vastgoedsector wat in te dammen. "Vastgoedeigenaren hebben de voorbije jaren enorm kunnen profiteren van de 'booming business'. Ze werden erg rijk en Chinezen zijn dan behoorlijk 'over the top.' Ze gaan huizen in Frankrijk kopen, ze kopen tien Ferrari's tegelijk in allemaal dezelfde kleur en in kantoren en huizen zie je opeens overal marmer en kroonluchters", zegt Smid.
En dat terwijl er ook heel veel Chinezen zijn die nauwelijks kunnen rondkomen. "Het verschil tussen arm en rijk is heel groot. Dat past niet bij de ideologie van president Xi Jinping. Vanuit zijn communistische gedachtegoed wil hij juist dat rijkdom eerlijker verdeeld wordt. Een alsmaar rijker wordende vastgoedsector past daar niet bij."
Een andere oorzaak van de economische problemen is de coronacrisis. Veel lokale overheden hebben in de afgelopen drie jaar veel geld moeten uitgeven aan het zero-covidbeleid van president Xi. Miljoenen mensen moesten soms dagelijks worden getest. Al het materiaal dat daarvoor nodig is, moest worden betaald door die lokale overheden.
Nutteloos laboratorium
"Laatst was ik op bezoek bij een universiteit", zegt Smid. In China is het goed gebruik dat studenten ook op de campus wonen. Studenten zaten dan ook in hun kamertjes opgesloten tijdens de lockdownperiodes. De lokale overheid gaf de universiteit de opdracht om studenten dagelijks te testen en zelf een laboratorium daarvoor op te zetten. Iedere dag moest dat gebruikt worden en dat kostte enorm veel geld. Nu staat dat laboratorium te verpieteren, omdat de universiteit geen medische faculteit heeft en er dus niks meer mee kan."
Er moet overal worden bezuinigd. Werk je op zo'n universiteit of voor een andere overheidsorganisatie, dan kan je in sommige gevallen fluiten naar je geld. "Salarisverhoging hoef je al helemaal niet op te rekenen, dat wordt mensen ook verteld", zegt Smid. "En als je dus helemaal niks meer krijgt uitgekeerd, heb je vaak ook nog eens geen andere keuze dan gewoon door te werken."
"Staken heeft geen zin. Dat is in China niet toegestaan. Bovendien is het risicovol, omdat dat de kans verkleint dat je ooit nog wat terugziet van het geld waar je eigenlijk recht op hebt. Dus blijven mensen doorwerken, in de hoop dat ze er ooit nog wat van terugzien."
Van stad naar platteland
Mensen zoeken daarom naar andere manieren om geld in het laatje te krijgen of te besparen. Zo keren veel jonge mensen terug naar hun ouders, vaak op het platteland. "Daar liggen de levenskosten een stuk lager dan in de stad. De arme mensen die daar wonen, zijn al gewend om bijvoorbeeld groentes te verbouwen of reparaties uit te voeren, zaken waar je in de stad voor moet betalen. Een terugkerend kind vormt financieel dan ook meestal geen probleem."
Tot slot worden loterijen in China de laatste tijd steeds populairder. En dat terwijl die eigenlijk verboden zijn. "Alleen de soort Chinese staatsloterij mag. Een week geleden maakten zij bekend dat er een toename is in het aantal verkochte loten. Mensen zijn op zoek naar een manier om aan iets extra's te kunnen komen. Alleen is, met zoveel Chinezen, de kans dat je iets wint heel erg klein", zegt Smid.