Geboortezorg

Thuisbevalling? Pijnbestrijding? Inleiden? 'Laat zwangere lekker zelf bepalen wat zij fijn vindt'

Door Roxanne Vis··Aangepast:
© iStockThuisbevalling? Pijnbestrijding? Inleiden? 'Laat zwangere lekker zelf bepalen wat zij fijn vindt'
RTL

De babysterfte was in vergelijking met sommige andere landen aan de hoge kant, vrouwen worden nog te vaak onnodig ingeknipt en de regionale verschillen zijn soms onverklaarbaar groot. Maar er gaat vooral veel goed in de Nederlandse geboortezorg, zegt Ank de Jonge (54), de eerste verloskundige hoogleraar in ons land. "Andere landen kijken met jaloezie naar hoe het bij ons is geregeld."

Hoog tijd, vond Ank de Jonge, dat er een leerstoel verloskundige wetenschap (midwifery science) kwam. "Veel van het werk dat wij als verloskundigen doen, is nog niet goed onderbouwd met onderzoeken. Afhankelijk van waar je woont of wie je zorgverlener is, kun je daardoor hele andere zorg krijgen. Dat is gek; je zou de zorg moeten krijgen die het beste bij je past, en niet gebaseerd op waar je toevallig bent. We beginnen de alledaagse geboortezorg steeds beter te onderzoeken, en daar horen hoogleraren bij."

Ze bekleedt de leerstoel aan het Amsterdam UMC al een jaar, maar hield haar oratie vanwege de lockdown pas eind januari. Daarin zegt ze onder meer dat we trots mogen zijn op het in stand houden van de keuze voor thuis bevallen, dat zo typisch Nederlands is dat het wordt toegevoegd aan de lijst van immaterieel erfgoed.

Onze thuisbevalcultuur is immaterieel erfgoed – maar niet onomstreden
Lees ook

Onze thuisbevalcultuur is immaterieel erfgoed – maar niet onomstreden

Ank de Jonge: "Onnodig ingrijpen bij bevallingen wordt in de hand gewerkt."© privéfoto
Ank de Jonge: "Onnodig ingrijpen bij bevallingen wordt in de hand gewerkt."

Maar de thuisbevalling is niet onomstreden. Fervente voorstanders van de thuisbevalling lijken pertinent tegen een ziekenhuisbevalling, en andersom. Thuis bevallen is volgens tegenstanders onverantwoord en onveilig, terwijl thuisbevallers de klinische omgeving van het ziekenhuis vrezen en afkeuren.

'Vrouwen moeten kunnen kiezen'

Is het ene beter dan het andere? Voor de veiligheid maakt het niets uit, zegt De Jonge. "Als ik kijk naar het bewijs erover, dan zie ik dat thuis of in het ziekenhuis beginnen aan de bevalling even veilig is. Bij een moeder zijn vaak minder ingrepen nodig als ze thuis begint. In die zin is het gunstig dat de keuze voor een thuisbevalling er is. Maar de verschillen met een ziekenhuisbevalling zijn niet zodanig dat ik zeg: 'iedereen moet thuis blijven'."

"Ik ben er vooral voor dat mensen kunnen kiezen. Dat moeten we zeker in stand houden. Het is een groot goed dat we in Nederland hebben. In andere landen, zoals Engeland en Nieuw-Zeeland, zie je dat vrouwen weer meer vragen om een thuisbevalling, maar als je het systeem niet meer hebt is het moeilijk terug te krijgen. Wij hebben ons hele systeem erop ingericht. Je hoeft niet eens definitief te kiezen van tevoren. Dat is echt heel waardevol."

'Er wordt vaak zo opgelegd hoe het 'moet'. Maar er is niet één type bevalling die voor iedereen passend zal zijn.'

Hypnobirthing en zo natuurlijk mogelijk bevallen zijn de laatste jaren in opkomst. De Jonge juicht het toe dat vrouwen steeds meer vertrouwen krijgen in hun eigen lijf, maar vreest dat het 'weer een soort nieuwe wet wordt'. "Een tijdje geleden was thuisbevallen uit en moesten we allemaal naar het ziekenhuis. Nu gaat het weer de andere kant op. Ik geloof dat vrouwen heel goed in staat zijn om zelf te bevallen, maar als het niet lukt of als je toch pijnbestrijding nodig hebt, moet je niet het gevoel krijgen dat je hebt gefaald."

Voorkom zware teleurstelling

Ze vindt het jammer dat we elkaar zo de maat nemen. "Vaak wordt zo opgelegd hoe het 'moet'. Laat iedereen lekker zelf bepalen wat zij fijn vindt. Een natuurlijke thuisbevalling zonder pijnbestrijding en ingrepen kun je nastreven, maar dat zit er nu eenmaal niet voor iedereen in. Het is niet zo dat één type bevalling voor iedereen passend zal zijn. Mensen verschillen. Daarom is het beter om er open in te blijven staan, want anders ben je zwaar teleurgesteld als het anders loopt."

Tegenover de mensen die ervan overtuigd zijn dat de vrouw is gemaakt om te bevallen en daarbij nauwelijks hulp nodig heeft, heb je iemand als hoogleraar gynaecologie Bas Veersema, die vorig jaar in de Volkskrant suggereerde dat het bekken van de moderne vrouw niet geschikt is om te bevallen. We zouden daarom volgens hem niet zo terughoudend moeten zijn met keizersnedes en per vrouw moeten kijken of een vaginale bevalling wel de beste optie is.

Onzin, vindt De Jonge. "Verreweg de meeste vrouwen bevallen gewoon, het bekken is daarvoor prima geschikt. Natuurlijk, er zijn vrouwen die een keizersnede nodig hebben. Dat percentage ligt in Nederland rond de 15 procent. Het probleem is een beetje dat je vaak pas goed weet of een keizersnede nodig is, door een bevalling toch te proberen. Je kunt het van tevoren slecht inschatten. Een keizersnede moet je ook niet onderschatten; dat is een enorme operatie met ook weer de nodige risico’s en mogelijke complicaties. Het kan gelukkig steeds veiliger, maar als je een keizersnede kunt voorkomen is dat fijn."

Wel of niet inleiden?

Nog zo’n punt van discussie in de geboortezorg: wel of niet inleiden bij 41 weken zwangerschap? In een Zweedse studie onder 2760 zwangeren waarbij de helft werd ingeleid bij 41 weken en bij de andere helft werd afgewacht tot 42 weken, overleden in die laatste groep zes ongeboren of pasgeboren baby’s. In Nederland is nu nog het advies om in te leiden bij 42 weken. Mogelijk gaat dat veranderen, zegt De Jonge.

"In Nederlandse onderzoeken hadden we andere uitkomsten dan in Zweden. Er was niet meer sterfte, maar wel ietsje vaker een nadelige uitkomst voor het kind. Ik denk dat er een richtlijn gaat komen waarin we de mogelijkheid van een inleiding eerder met vrouwen moeten bespreken. Er wordt op dit moment goed over nagedacht door de beroepsorganisaties. Ik vind wel dat het een keuze moet blijven. Het moet niet zo zijn dat je straks een schuldgevoel krijgt als je niet ingeleid wilt worden. Want het gaat over hele kleine risico’s en inleiden is voor veel vrouwen niet fijn, vaak leidt het tot andere ingrepen en we weten ook niet goed wat de gevolgen van inleiden zijn voor het kind op de lange termijn."

Wel of niet ingrijpen blijft sowieso een lastige kwestie. Zorgverleners worden nu vaak afgerekend op ingrepen die ze hebben nagelaten, signaleert De Jonge, en zelden op ingrepen die ze wel hebben gedaan – wat onnodig ingrijpen in de hand werkt. "Hierdoor zijn we sneller geneigd iets te veel te doen dan te weinig. Terwijl medische ingrepen altijd potentiële bijwerkingen hebben. We moeten kritisch met elkaar blijven kijken: hadden we dezelfde uitkomst kunnen hebben met iets minder ingrepen, waren we misschien soms te snel? Maar we moeten niet alleen de nadruk leggen op wat er fout gaat: het gros van de zorg gaat goed of heel goed, ook dáár kunnen we van leren. Daar kijken we nu in een project naar. Dat is veel prettiger."

Vrouwen relatief vaak ingeknipt

In het ene land wordt veel meer ingeknipt of ingeleid dan in het andere land, en zelfs regionaal zijn er verschillen, zegt De Jonge. In Nederland worden vrouwen relatief vaak ingeknipt, al gebeurt dat volgens De Jonge de laatste jaren steeds minder. "Je ziet dat zorgverleners zich wat aantrekken van de onderzoeken daarnaar en dat het de laatste jaren daalt. Maar het zou misschien nog wel een stukje naar beneden kunnen."

Ook de babysterfte heet relatief hoog te zijn in Nederland, maar volgens De Jonge valt dat mee: "We zitten in de middenmoot." Dat de cijfers in vergelijking met sommige andere landen aan de hoge kant zijn, heeft vooral te maken met het feit dat wij alles heel netjes registreren vanaf 22 weken, zegt zij. "Babysterfte is moeilijk te vergelijken, je hebt alleen de kale cijfers. Als je bij een gelijke zwangerschapsduur gaat tellen, doen wij het helemaal niet zo slecht. Een land als Finland doet het beter, maar dat komt vooral doordat wij meer vrouwen hebben die te vroeg bevallen. En de meeste baby’s die overlijden zijn premature baby’s." 

Hoe het komt dat het aantal vroeggeboortes hier relatief hoog is? Dat kan bijvoorbeeld te maken hebben met leefstijl, roken, overgewicht, sociaaleconomische problematiek, stress. "We zijn bezig om te kijken naar hoe we mensen die wat extra aandacht nodig hebben, vanuit verschillende disciplines beter kunnen ondersteunen op preventiegebied. Dat is een van de dingen waar ik me voor wil inzetten."

Minder traumatische bevallingen 

Een ander belangrijk punt waar De Jonge iets aan wil veranderen, is dat vrouwen op het moment dat ze 'medisch' worden en naar het ziekenhuis moeten, worden overgedragen aan een compleet nieuw team van zorgverleners. Hun vertrouwde verloskundige(n) bij wie ze de hele zwangerschap op controle zijn geweest, zijn dan ineens niet meer in beeld.

"Dit onderwerp staat boven aan mijn lijstje. Ik zou willen dat het standaard is dat je eigen verloskundige of team verloskundigen die zorg kan blijven doen. Daar kijken we nu naar. Zelfs vanuit de WHO wordt aanbevolen om dat te doen. Je slaat heel veel vliegen in één klap. Het heeft veel voordelen en geeft betere uitkomsten. Het leidt bijvoorbeeld tot minder vroeggeboortes, minder ingrepen en minder traumatische bevallingen. Maar het is nog niet zo makkelijk, want het vergt veel verandering in de organisatie."

Nog genoeg te verbeteren dus, maar De Jonge benadrukt dat er vooral veel goed gaat in de Nederlandse geboortezorg. "In het buitenland kijken ze met jaloezie naar hoe wij de zorg rondom de bevalling hebben geregeld. We mogen er trots op zijn dat verloskundigen bij je thuis komen als je in de eerste lijn onder controle bent, dat je ervoor kunt kiezen om thuis te bevallen als je niet medisch bent, dat de verschillende disciplines in de geboortezorg goed samenwerken en dat het over het algemeen goed gaat en veilig is. En vergeet ook de kraamzorg niet, nog zo’n typisch Nederlands verschijnsel waar we heel blij mee mogen zijn. Mensen beseffen vaak niet hoe luxe dat is."

Lees meer over
Amsterdam UMCZwangerschapBevallingGynaecologieGezondheid