Klimaatbestendige rassen gezocht: stresstest voor aardbeien en bomen
Welke boomsoorten kunnen bij toekomstige hitte het beste in de stad worden geplant? Wordt een bakje aardbeien straks misschien wel onbetaalbaar door de dreigende droogte? Wetenschappers aan de Wageningen University & Research (WUR) doen hier momenteel hightech-onderzoek naar.
In een nieuwe onderzoeksfaciliteit kan het klimaat van de toekomst worden nagebootst. Verschillende boomsoorten en aardbeien worden er aan een 'klimaat-stresstest' onderworpen. Wetenschappers én bedrijven kunnen de faciliteit gebruiken om er hun onderzoek te doen.
"De klimaatverandering gaat voor bomen nu zó snel, dat een groot deel van de boomsoorten in Nederland dreigt te verdwijnen, tussen nu en vijftig jaar", zegt Marc Ravesloot, onderzoeker stedelijk groen van de WUR, tegen RTL Z.
In deze video vertelt hij er meer over:
Tot nu toe worden stadsbomen beoordeeld op basis van ervaring, vertelt Ravesloot. "Er wordt gekeken naar welke het wel en niet goed blijven doen onder bepaalde omstandigheden. Maar vanaf nu krijgen we harde data, waardoor soorten beter onderling vergelijkbaar worden."
Met veel sensoren en camera's wordt het groeiproces onder verschillende omstandigheden continu vastgelegd. Op basis daarvan kunnen de meest klimaatbestendige boomsoorten worden geselecteerd. Dat zijn de bomen die extreme droogte, hitte en ook verzilting het beste kunnen doorstaan.
Dat is belangrijk omdat het planten van bomen als effectieve methode wordt gezien om al te erge hittestress in steden te voorkomen. Maar het is dan wel noodzakelijk om te weten welke bomen het dan ook in de toekomst goed blijven doen, als over dertig of vijftig jaar de temperatuur in steden nog veel verder is opgelopen.
Uitzonderlijk droog voorjaar
Ondanks de regen van deze week kampt Nederland dit jaar al maanden met flinke droogte. De regen van nu heft het neerslagtekort niet op.
In de toekomst neemt de verdamping in ons land toe, zowel in het voorjaar als in de zomer. Dat betekent dat de kans op droogte in beide seizoenen dus ook groter wordt.
In de nieuwe onderzoekslocatie NPEC, een samenwerking van de WUR en Universiteit Utrecht, loopt naast het project met stadsbomen nu ook een onderzoek naar aardbeien. Dit wordt in samenwerking gedaan met veredelingsbedrijf Flevo Berry.
De aardbeienplantjes staan op een lopende band. Verschillende rassen worden daarbij blootgesteld aan specifieke omstandigheden zoals droogte, vertelt Marina Hulscher Horst van Flevo Berry. Met sensoren en camera's worden uiteindelijk miljoenen gegevens van vijfhonderd planten verzameld.
Deze data wordt met behulp van kunstmatige intelligentie geanalyseerd. "Binnen hele korte tijd kunnen we hiermee een beeld krijgen hoe verschillende rassen gaan presteren onder drogere omstandigheden", zegt Hulscher.
De methode gaat verder dan het zogenoemde 'veredelen'. Planten worden daarbij geselecteerd met de gewenste eigenschappen. Door opkweken en selectief kruisen met de beste exemplaren, ontstaat uiteindelijk een steeds betere, 'veredelde' plant.
"Maar veredeling duurt gemiddeld 8 tot 10 jaar", vertelt Hulscher. "Terwijl je met deze nieuwe methode met sensoren veel eerder een compleet beeld kunt krijgen van een ras, en hoe dat ras presteert onder verschillende omstandigheden."
In de nieuwe onderzoekslocatie kan 'gespeeld' worden met allerlei weersomstandigheden. Droog, nat, heet, koud, en zelfs een woestijnklimaat kan worden nagebootst. Hulscher: "Vervolgens kunnen we onderzoeken hoe groen de plant is, hoe hoog of laag de bladeren zitten, wat de kleur is van het fruit, en hoe groot de vrucht is."
Extreem weer
Het vinden van aardbeienrassen die bestand zijn tegen weersextremen, vormt een grote uitdaging. De afgelopen jaren waren er al vaker periodes met droogte en hitte, terwijl het vorig jaar juist lang extreem nat en koud was.
"Om zekerheid te bieden in de aardbeienteelt, wil je rassen hebben die in alle omstandigheden weinig tot geen stress laten zien”, zegt Hulscher. "Dat vertaalt zich in een goede oogst."
Wat het klimaat in de toekomst ook wordt, het wordt grotendeels beïnvloed door de hoeveelheid broeikasgassen. "Vanaf 1900 is de wereldwijde uitstoot vrijwel voortdurend gestegen", zegt Ravesloot, die zegt te schrikken van de impact die klimaatverandering op bomen heeft.
Binnen zijn stadsbomenonderzoek, officieel genoemd 'CSI Trees: climate adaptive trees for the future', is ervoor gekozen om te kijken naar het gemiddelde KNMI-uitstootscenario als basis. Ravesloot: "Daarbovenop worden perioden zonder neerslag, langdurige hitte en verzilting gesimuleerd."