Bomen sterven massaal door veranderend klimaat: 'Het bos heeft het moeilijk'
Het bos heeft het zwaar. Door hogere temperaturen en langere periodes van droogte zijn bomen minder weerbaar tegen ziektes en plagen, met sterfte tot gevolg. "We zien steeds meer oer-Hollandse beukenlanen aftakelen."
In Duitsland verscheen vorige week een alarmerende studie: nog nooit stierven in Duitsland zoveel bomen als nu. Oorzaak daarvan zijn volgens onderzoekers van de universiteit van Freiburg de toenemende temperatuur en droogte.
Ook Nederlandse bossen hebben het om die reden zwaar. "Het is hier niet zo dramatisch als in Duitsland", zegt Paul Copini, die aan de universiteit van Wageningen onderzoek doet naar bomen. "Maar je ziet wel dat er meer problemen zijn."
Beukenlanen
Vooral fijnsparren hebben het erg zwaar. "In Duitsland, maar ook in Nederland, zijn de afgelopen eeuwen veel fijnsparren geplant. Die horen eigenlijk in de bergen thuis. De fijnspar kan slecht tegen droogte", zegt Copini.
Ook soorten die van oudsher in Nederland voorkomen, staan onder druk. "De beuk bijvoorbeeld. Op sommige plekken doet die het nog goed, maar op veel plekken ook niet. "In een dicht bos waar veel schaduw is en een goed microklimaat, kunnen beuken best overleven. Maar de oer-Hollandse beukenlanen zien we steeds meer aftakelen."
Ook Joke Bijl van Staatsbosbeheer ziet dat het bos het moeilijk heeft. "Een minder vitaal bos is kwetsbaarder voor schimmels, en bijvoorbeeld voor de letterzetter, een kevertje dat opduikt bij sparren."
Letterzetter
Die letterzetter is inderdaad verantwoordelijk voor een groot deel van de sterfte onder sparrebomen, zoals de fijnspar. "In het algemeen denken bosbeheerders dat die in Nederland gaat verdwijnen", zegt Copini. "Je hebt echt gebieden waar 100 procent van de fijnsparren dood is."
Door de toenemende droogte verzwakken de fijnsparren, waardoor ze minder hars aan kunnen maken. Die hars houdt de letterzetter normaal buiten de deur. Als dat niet gebeurt, leggen de kevertjes eitjes onder de bast, waardoor de bomen van binnenuit kapotgevreten worden."
Overigens gaat het niet overal slecht met de fijnspar. "Gisteren was ik in Zuid-Limburg daar heb je goede gronden, waar de fijnspar het wél goed doet", zegt Copini.
Diversiteit
Volgens Joke Bijl is het vergroten van de diversiteit in bossen een goede manier om het bos toekomstbestendig te maken. "We zien dat het in sommige bossen best hard gaat, vooral in bossen met bomen van eenzelfde leeftijdsopbouw en zelfde boomsoorten", zegt zij.
"Daarom streven we ook heel erg naar gevarieerd bos, in soorten en leeftijdsopbouw. Dat heeft veel voordelen, we vinden het mooi, het is goed voor de biodiversiteit, en het maakt je weerbaarder voor de toekomst."
"Diversiteit is de verzekering in moeilijke tijden, je kunt het zien als risicospreiding", zegt Paul Copini. "Er wordt ook gekeken naar beheer: hoe kun je het bos beter beheren tegen klimaatverandering. Soms een boom weghalen zorgt ervoor dat andere bomen minder concurrentie hebben, en dus kunnen overleven."
Wilde dieren
Ook is het voor een zekere toekomst van Nederlandse bossen volgens Copini belangrijk dat het wild in Nederland goed beheerd wordt. "Bossen moeten kunnen verjongen, maar dat is een uitdaging", zegt hij. "De wildstand is hoog, waardoor jonge bomen worden opgegeten. Damherten en reeën zorgen voor veel schade."
Daarnaast doen Copini en zijn collega's proeven met het introduceren van boomsoorten die voorheen vooral in Zuid-Europa en Noord-Afrika voorkwamen, en die beter tegen hitte en droogte kunnen. "De elsbes is een van die soorten. Daarnaast hebben we gekeken naar de Atlasceder. Die wordt in Frankrijk al veel gebruikt. Het klimaat dat ze daar hebben, gaan we hier ook krijgen."
Er dreigt verwoestijning in drogere gebieden in Nederland. Meer daarover zie je in deze video: