Hof kritisch op aanpak OM van fraude Rabobank
Het Haagse gerechtshof heeft forse kritiek op de manier waarop het Openbaar Ministerie de fraude met de zogeheten Liborrente bij Rabobank heeft aangepakt.
Door die aanpak is vervolging van betrokken Rabomedewerkers onmogelijk geworden, schrijft het hof in zijn besluit om geen verder strafrechtelijk onderzoek naar de fraude te gelasten. Er is wel reden om hen te vervolgen, vindt het hof, maar omdat tijdens het onderzoek naar de fraude fouten zijn gemaakt, luidt de conclusie dat vervolging geen kans maakt.
ZIE OOK: Spong baalt van geklungel OM in Liboronderzoek
Dat komt doordat de onderzoeken van opsporingsdiensten in onder meer Nederland (FIOD) en in de Verenigde Staten (ministerie van Justitie) onvoldoende gescheiden waren van die van de toezichthouders in die landen. Verklaringen van betrokkenen kwamen terecht in beide dossiers, terwijl hun niet was verteld dat hun getuigenis of verklaring ook in een strafdossier terecht zou komen. Dat had gemoeten, aangezien verdachten geen verklaring hoeven af te leggen die tot hun eigen veroordeling kan leiden. Daarnaast werden verklaringen uit intern onderzoek van de Rabobank aan het onderzoek toegevoegd, zonder officieel rechtsverzoek.
Omdat het bewijs in een eventuele strafzaak uit al deze onderzoeken moet komen, denkt het hof dat de vervolging niet kan slagen, omdat het soms op onrechtmatige wijze is verkregen. Voldoende bewijs bij elkaar krijgen voor een strafzaak is volgens het hof 'dubieus'.
Strafvervolging
Advocaat Gerard Spong had via een zogeheten artikel 12-procedure om vervolging gevraagd, maar het hof ziet geen reden om dat te doen. Spong wilde de schikking die Rabobank in 2013 trof met het OM (Rabo betaalde 70 miljoen euro, het OM zag in ruil daarvoor af van strafvervolging) ongedaan maken, zodat betrokken bestuurders vervolgd zouden kunnen worden. Bestuurders van de bank vielen onder die schikking en konden daardoor niet persoonlijk vervolgd worden.
Hoewel het hof oordeelt dat de bestuurders van Rabobank niet alert zijn geweest en kritiek 'waarschijnlijk op zijn plaats is', kan volgens het hof niet worden vastgesteld of ze opzettelijk of uit eigen gewin hebben gehandeld. Zij hoeven van het hof daarom niet strafrechtelijk te worden vervolgd.
Sneer naar DNB
Behalve het OM krijgt ook het stelsel van toezichthouders, waaronder De Nederlandsche Bank, een sneer van het hof. Die heeft 'opmerkelijk traag gereageerd' op alle signalen in de pers en op informatie van de bank zelf over mogelijke manipulatie van de Liborrente.
Onderdeel van dossier
Schikking Liborfraude Rabobank
